In Jong010: Hoe kun je het beste omgaan met woedeaanvallen?
Deze pagina bevat de volgende labels:
Linda van het Centrum voor Jeugd en Gezin reageert iedere maand in Jong010 op een vraag of probleem van een leerling of klas. Ze beantwoordt deze maand de vraag van Arda (12).

Arda: ‘Ik heb een klasgenoot die soms woedeaanvallen krijgt in de klas. Ik vind dat niet fijn. Hoe kan ik daar het beste mee omgaan?’
Hallo Arda,
Ik kan me voorstellen dat je de woedeaanvallen van je klasgenoot niet fijn vindt. Misschien schrik je ervan. Een woedeaanval is een vorm van boosheid. Iedereen is weleens boos. Boosheid is een normale emotie. Als het boze gevoel heel erg is, kan iemand een woedeaanval krijgen. Die persoon heeft dan meestal geen controle meer over zijn of haar boosheid.
Zeg het tegen je juf of meester
Sommige kinderen schreeuwen of gillen tijdens een woedeaanval. Soms gaan kinderen ook schelden, spugen, slaan of schoppen. Misschien ben je bang dat je klasgenoot jou iets aandoet. Of misschien blijf je er heel de dag een naar gevoel van hebben. Bespreek met je juf of meester hoe jij je voelt tijdens een aanval van je klasgenoot. Een juf of meester kan een plan maken zodat het voor alle kinderen duidelijk is wat ze moeten doen als iemand heel boos wordt.
Ontstaan van woedeaanvallen
Een woedeaanval ontstaat meestal als een kind gefrustreerd of gekwetst is. Of bijvoorbeeld als iets anders loopt dan dat het kind had gehoopt of gewild. De meeste kinderen hebben achteraf spijt van wat ze gedaan of gezegd hebben.
Help je klasgenoot
Iemand die een woedeaanval heeft, hoort meestal niet meer wat jij tegen hem of haar zegt. Het is daarom belangrijk om pas naar iemand toe te gaan als hij of zij weer rustig is. Je kunt je klasgenoot bijvoorbeeld vragen waarom hij of zij boos werd. Je kunt ook vragen wat hij of zij zou willen dat jij doet tijdens een aanval. Je klasgenoot vindt het waarschijnlijk fijn als je wilt helpen.
Groetjes,
Linda