Cookies

We gebruiken cookies om je de beste ervaring op onze website te bieden. Je kunt meer informatie vinden over welke cookies we gebruiken of deze uitschakelen in de instellingen. - Bekijk cookie instellingen

Ga naar inhoud

Zit jouw kind veilig in de auto?

Zit jouw kind veilig in de auto?

In Nederland moeten kinderen tot 135 cm in een autostoeltje zitten. Als je het juiste autostoeltje op de juiste manier gebruikt, bescherm je je kind tijdens een ongeluk. Dat klinkt logisch, maar het gaat in de praktijk helaas vaak mis.

Met deze drie stappen zit jouw kind veilig in de auto:

Stap 1: kies het juiste autostoeltje

Volgens de Nederlandse wet moet elk kind tot 135 cm in een passende en goedgekeurde autostoel zitten. Een veilig autostoeltje moet voldoen aan de Europese veiligheidseisen, de ECE R44 of R129. Je herkent dit aan het oranje keuringslabel. Bij de R44 kies je de stoel op basis van het gewicht van je kind en bij de R129 stoel kijk je naar de lengte van je kind.

Baby autostoel

• Geschikt tot 13 kg of tot ± 83 cm.

• Vervoer je kind zo lang mogelijk achteruit. Bij de R129 autostoelen moet je je kind tot 15 maanden achteruit vervoeren.

• Vervoer je je baby voorin op de bijrijdersstoel? Zet dan wel de airbag uit!

Peuter autostoel

• Geschikt voor 9 tot 18 kg of voor ± 60 cm tot 105 cm.

• Vervoer je peuter zo lang mogelijk achteruit. Bij de R129 autostoelen moet je je kind tot 15 maanden achteruit vervoeren.

• Vervoer je je peuter voorinop de bijrijdersstoel? Zet dan altijd de airbag uit als je je peuter achteruit vervoert.

Kinderautostoel

• Geschikt voor 15 tot 36 kg of voor ± 100 cm tot 135 cm.

• Kies liever voor de kinderautostoel met rugleuning. Deze geeft extra bescher- ming bij een botsing vanaf de zijkant.

• Kies je toch voor een kinderautostoel zonder rugleuning (zitverhoger)? Gebruik deze dan pas als je kind zwaarder is dan 22 kg én groter dan 125 cm.

Check of jouw kind in het juiste autostoeltje zit. Ga naar www.veiligheid.nl/autostoeltjes

Stap 2: zorg dat de autostoel goed is bevestigd

Met alleen de juiste autostoel ben je nog niet klaar om veilig op weg te gaan. Je moet de autostoel ook goed in de auto vastzetten! Je kunt autostoeltjes vastzetten met Isofix of met de autogordel.

Isofix

Isofix is een systeem waarmee autostoeltjes op eenvoudige wijze in de auto bevestigd kunnen worden. Zónder gebruik van de autogordel. Het is de veiligste, makkelijkste en snelste manier om een autostoeltje in de auto te bevestigen. Klik beide haken goed vast.

ISOFIX

Beweeg de voor- kant van de stoel om te voelen of beide haken vastzitten.

Autogordel

Gebruik het derde bevestigingspunt; de poot. Het derde bevestigingspunt kan ook een top tether zijn, dit is een extra riem.

Zet het autostoeltje altijd met zorg en aandacht vast, want hoe makkelijk het ook lijkt, bijna de helft van de autostoeltjes is niet op de juiste manier bevestigd.

Waar moet je op letten?

Baby autostoel

• Gordel loopt door alle blauwe punten.

• Gordel zit niet gedraaid.

• Trek de gordel strak.

• Klik de gordel vast.

• Draagbeugel omhoog.

Peuter autostoel

• Gordel loopt door alle rode punten.

• Gordel zit niet gedraaid.

• Trek de gordel (regelmatig) strak.

• Klik de gordel vast.

Kinderautostoel

• De gordel loopt door alle rode punten. Dus ook door het punt bij de hoofdsteun.

• Gordel zit niet gedraaid.

• Trek de gordel strak.

• Klik de gordel vast.

Meer weten? Bekijk onze instructievideo’s op www.veiligheid.nl/auto

3: zorg dat je kind goed vastzit

Je hebt de juiste autostoel en die ook goed vastgezet in de auto. Toch moet je nog één stap zetten om veilig op weg te gaan! Zet je baby, peuter of kind óók goed vast in het autostoeltje. Makkelijk? 6 op de 10 kinderen zit niet veilig in de autostoel. Vaak zitten de riempjes veel te los of staat de hoofdsteun niet goed. Check onze filmpjes zodat je meteen kan zien of jouw kind goed zit: www.veiligheid.nl/auto

Baby

• Trek de riempjes strak (max. één vinger ruimte tussen het riempje en het lichaam).

• Riempjes zitten niet gedraaid.

• Riempjes op schouderhoogte.

Peuter

• Trek de riempjes strak (max. één vinger ruimte tussen het riempje en het lichaam).

• Riempjes zitten niet gedraaid.

Kind

• Oren zitten binnen de hoofdsteun (niet erboven of eronder).

• Oren zitten binnen de hoofdsteun (steken er niet boven of onder uit).

• Gordel over het sleutelbeen (niet onder de oksel of achter de rug).

Wanneer moet je overstappen?

Stap niet te snel over naar het volgende autostoeltje. Een te grote autostoel geeft min- der goede bescherming.

Van baby naar peuter autostoel

Komt het hoofdje van je baby boven de rand uit? Stap dan over op de peuter autostoel. Het is niet erg als de beentjes over de rand heen steken.

Van peuter naar kinderautostoel

Staan de riempjes in de hoogste stand maar komen ze alsnog onder de schouders van je kind vandaan? Stap dan over op de kinderautostoel.

Van kinderautostoel naar autogordel

Als je kind langer is dan 135 cm mag je gebruikmaken van de autogordel. Let dan wel op of de gordel goed over de heupen en het sleutelbeen loopt. Pas dan kun je je kind veilig zonder autostoeltje vervoeren.

Extra tips!

Trek een dikke (winter)jas uit. Bij een botsing wordt de dikke jas helemaal platgedrukt en dan zit de gordel ineens veel te ruim! Is het koud? Leg dan een dekentje over je kind.

Gebruik het kinderslot van de auto

Laat je kind nooit alleen in de auto achter! Bij warm weer loopt de temperatuur in de auto al snel op.

Een baby autostoeltje is ongeschikt voor langdurig gebruik. In het stoeltje kan je baby zich namelijk niet vrij bewegen. Dit is slecht voor de motorische ontwikkeling. Wij adviseren: maximaal twee uur per dag.

Regelgeving autostoeltjes

Autostoeltjes moeten voldoen aan de Europese veiligheidseisen. Autostoeltjes voldoen aan de R44 norm. En sinds 2013 is er een nieuwe norm, de R129/i-Size. Autostoeltjes met deze R129 norm voldoen aan strengere eisen. We zetten de grootste veranderingen voor je op een rij:

• Autostoeltjes zijn niet meer ingedeeld op het gewicht van je kind, maar je kijkt naar de lengte.

• De autostoeltjes zijn standaard getest op botsingen vanaf de zijkant.

• Je moet je kind tot 15 maanden achteruit vervoeren. Pas vanaf 15 maanden mag je kind dus vooruit kijken.

• Zie je op je autostoeltje de term ‘ i-Size’ staan? Dan betekent dit dat je het autostoeltje altijd bevestigt met het Isofix-systeem. Deze autostoelen passen op elke zitplaats in je auto die het i-Size label heeft. Auto’s vanaf het bouwjaar 2016 hebben dit standaard.

Meer weten? Ga naar www.veiligheid.nl/regelgeving

Volg altijd deze drie stappen om je kind veilig te vervoeren:

Stap 1 Kies het juiste autostoeltje bij de lengte of het gewicht van jouw kind.

Stap 2 Zorg dat de autostoel goed is bevestigd met de autogordel of met Isofix.

Stap 3 Zorg dat je kind goed vastzit met de riempjes in de autostoel of zorg dat de autogordel goed over de schouder loopt.

Bronvermelding

Folder Zit jouw kind veilig in de auto?

© VeiligheidNL

Deze publicatie is samengesteld met de grootst mogelijke zorgvuldigheid. VeiligheidNL aanvaardt geen verantwoordelijkheid voor eventuele onjuistheden. De folder is tot stand gekomen in samenwerking met het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat.

Amsterdam, februari 2019.