Cookies

We gebruiken cookies om je de beste ervaring op onze website te bieden. Je kunt meer informatie vinden over welke cookies we gebruiken of deze uitschakelen in de instellingen. - Bekijk cookie instellingen

Ga naar inhoud

Op 5 december sluiten wij om 16.00 uur de tent, want Sinterklaas komt langs. Dat wordt voor onze professionals ook een feestmoment!

Sint tips
Homepage Omgaan met therapie

Omgaan met therapie

Zorgintensieve gezinnen

Na het oefenen in het bijzijn van de therapeut is het vaak de bedoeling dat ouders en verzorgers thuis door oefenen. Dit vraagt van jou als ouder om goed mee te denken over wat thuis haalbaar is, en hoe de doelen het beste bereikt kunnen worden.

Vragen stellen

Soms weet je niet bij welke therapeut een vraag precies thuis hoort. Bij zelf leren eten en drinken bijvoorbeeld. Hierbij ondersteunt de fysiotherapeut het rechtop zitten. De ergotherapeut helpt bij het vasthouden van een vork of lepel. En de spraaktherapeut ondersteunt bij het afhappen. Stel je vraag vooral aan de therapeut die op dat moment tegenover je zit. Die therapeut kan altijd kijken of jouw vraag daar past. Past de vraag daar niet, dan helpt hij je om te bedenken waar je de vraag wel kunt neerleggen.

Haalbare doelen

Je wil natuurlijk het allerbeste voor je kind. Maar wanneer doelen niet realistisch of onhaalbaar zijn, levert dit een hoop frustraties op voor jouzelf, je kind en de therapeut. Het werkt het beste om te kijken naar wat je kind nu al kan en daar een volgende logische stap bovenop te tellen. De therapeut kan je hierbij helpen. Informatie van andere ouders kan ook ondersteunend zijn.

Doorvragen

Vraag bij de therapeut net zo lang door totdat je een oefening snapt en het zelf kunt doen. Probeer het ook even zelf uit waar de therapeut bij is. Als een therapeut het voordoet, ziet het er soms heel simpel uit. Probeer je het zelf, dan kom je soms toch nog nieuwe vragen tegen.

Geef je grenzen aan

Als je de oefeningen thuis niet wilt of kunt doen, werkt het beter om dit eerlijk tegen de therapeut te zeggen. Misschien heb je te weinig tijd, ben je te moe of vind je een oefening zielig voor je kind. Wanneer je dit uitspreekt kan de therapeut samen met jou op zoek naar andere oplossingen.

Vijf minuten helpt ook

Je kunt ook kijken naar wat wél haalbaar is. Vijf minuten oefenen per dag kan ook al heel erg helpen. En soms lukt het om een oefening samen te laten vallen met een activiteit die jullie toch al doen. Bijvoorbeeld door je kind bij het spelen eens op links op de zij neer te leggen, in plaats van op rechts. Of woorden en klanken te oefenen, terwijl jullie samen boodschappen doen.

Therapievrij

Je wil niet altijd bezig zijn met therapie. Thuis is thuis en je wil ook een ‘gewoon gezin’ zijn. Je kunt ervoor kiezen om op bepaalde dagen of in bepaalde weken een groot kruis in jullie agenda te zetten, en geen therapie-oefeningen te doen. Even lekker spelen, praten en samen zijn zonder dat er iets geleerd moet worden.

Logo opvoeden keurmerk

Deel deze pagina met anderen via:

Je hebt de link zojuist gekopieërd.