Op kamers
Je weet dat het moment ooit komt dat je zoon of dochter op zichzelf gaat wonen. Het is goed om alvast te weten wat er mogelijk is op het gebied van kamerhuur en wat de kosten zijn.
Particuliere kamerhuur
Veel jongeren huren een kamer van een particuliere verhuurder. Deze huisbazen bezitten vaak meerdere studentenhuizen. Als studenten kans willen maken op een kamer in een studentenhuis, moeten ze meestal hospiteren. Dat wil zeggen dat je een afspraak maakt met de bewoners van het huis om kennis te maken en de kamer te bekijken. De bewoners maken op de hospiteeravond een keuze uit meerdere kandidaten voor de beschikbare kamer.
Op Rijksoverheid.nl kun je lezen waar je kind op moet letten als het een kamer wil huren. Je vindt hier ook de regels waar een verhuurder van kamers zich aan moet houden.
Woningcorporaties
Naast particuliere verhuurders zijn er ook grotere woningcorporaties die zich bezighouden met studentenhuisvesting. Deze corporaties moeten zich houden aan de wet- en regelgeving van de gemeente waar zij hun woonruimtes verhuren. Hier wordt uiteraard ook op gecontroleerd.
Woningcorporaties werken vaak met een puntensysteem als er een lange wachtlijst is met studenten en werkende jongeren die een woonruimte zoeken. Hierdoor kan het jaren duren voordat je iets toegewezen krijgt.
Huurprijzen
Studentenkamers zijn duur. Hoe groter de kamer en hoe dichter bij het centrum, hoe hoger de huur. Daarbij is er een tekort aan studentenkamers waardoor de huurprijzen stijgen. Er zijn wettelijke maximumbedragen vastgesteld. Het is lastig om een huisbaas te verplichten de huur te verlagen, omdat er genoeg andere studenten zijn die de hoge huur wel willen betalen.
Borg
Voor de meeste woonruimtes moet je borg betalen. Dat kan bijvoorbeeld één maand huur zijn. Als je de huur opzegt, krijg je dit geld terug als je de kamer of woning netjes achterlaat. Raad je kind aan om altijd naar een schriftelijk bewijs van de betaling te vragen.
Overige eenmalige kosten
Als je een kamer of woning huurt van een woningbouwvereniging of een andere organisatie, betaal je één keer een bedrag aan administratiekosten. Als er nog spullen of meubels in de kamer of het huis staan, die je kind wil overnemen, wordt daar meestal een (klein) bedrag aan overnamekosten voor gevraagd.
Om de kamer of woning in te richten, heeft je kind spullen nodig. Soms moet de kamer ook nog wat opgeknapt worden. Daarom moet je ook rekening houden met inrichtingskosten. Om kosten te besparen, kun je eens vragen aan vrienden of familie of zij nog spullen of meubels voor je kind hebben. Je kind kan ook op internet kijken of langsgaan bij een kringloopwinkel.
Vaste kosten
Je kind moet elke maand vaste lasten betalen voor:
- de huur van de kamer of woning. Huurt je kind een zelfstandige woning, dan komt het misschien in aanmerking voor huurtoeslag;
- gas, water en elektriciteit;
- heffingen van gemeente en waterschap (bij een zelfstandige woning);
- internet en telefoon;
- verzekeringen (WA-verzekering, ziektekostenverzekering, reisverzekering). Bij sommige verzekeringen betaal je één keer per jaar. Soms kun je ook per maand betalen.
Het is verstandig als je kind een begroting maakt met welke kosten er elke maand zijn. Op de website van het Nibud vind je daarvoor een handige tool.