Onze vernieuwde website is deze week live gegaan. Het kan zijn dat nog niet alles perfect werkt. We werken hard om alles snel in orde te maken.
Tijdens de zwangerschap zijn er veel keuzes die je als ouder moet maken. Voor de één is het geven van borstvoeding een grote wens, voor de ander juist niet. Want wat als jij graag flesvoeding wilt geven? En wat zijn eigenlijk de verschillen? In dit artikel deelt lactatiekundige Rolinka van der Graaff haar kennis om jou te helpen bij je beslissing.
‘Kinderen die borstvoeding krijgen, hebben een betere weerstand’, vertelt Rolinka. Dit komt omdat er stoffen in zitten die baby's beschermen tegen ziekten. ‘Als een moeder verkouden wordt, maakt haar lichaam al antistoffen aan tegen het virus voordat ze klachten krijgt. Die antistoffen gaan via de borstvoeding naar de baby. Zo wordt de baby beschermd en is de kans een stuk kleiner dat hij erg ziek wordt’, legt Rolinka uit.
‘Fabrikanten van flesvoeding doen hun best om borstvoeding zo goed mogelijk na te maken. De flesvoeding van tegenwoordig is van hoge kwaliteit en dus een goede andere mogelijkheid. Toch zijn er wat verschillen’, vertelt Rolinka. In flesvoeding zitten vaak meer zout, eiwitten en ijzer dan in borstvoeding. ‘De nieren van een baby moeten door de hoeveelheid zout en eiwit harder werken, terwijl deze nog niet helemaal ontwikkeld zijn. Er blijft uit flesvoeding ook meer ijzer over in de darmen. Een aantal slechte bacteriën zijn dol op ijzer, waardoor deze meer kunnen groeien’, legt Rolinka uit. In borstvoeding zitten precies de hoeveelheden die je baby nodig heeft.
‘De keuze tussen borst- en flesvoeding is persoonlijk’, vertelt Rolinka. Er kunnen medische redenen zijn om voor flesvoeding te kiezen. Misschien neem je medicijnen, kun je geen borstvoeding geven of heeft je baby een probleem met zijn gezondheid. Het kan ook zijn dat je om persoonlijke redenen liever flesvoeding geeft. ‘Het belangrijkste is dat je je goed voelt bij je keuze’, zegt Rolinka. Ze raadt aan om met je verloskundige te praten als je twijfelt. ‘Zij kan je veel informatie geven waarmee je zelf de keuze kan maken die bij jou past’.
Flesvoeding geeft sommige ouders meer vrijheid. ‘Je kunt de voedingen makkelijker verdelen met je partner en je hoeft niet te kolven’, legt Rolinka uit. Maar maak je geen zorgen over de band met je baby. ‘Ook met flesvoeding kun je een sterke band opbouwen, bijvoorbeeld door huid-op-huid contact te maken tijdens het voeden. Als je borstvoeding wilt geven maar de voedingen wilt delen, kun je dat ook doen door vanaf 4 tot 6 weken te beginnen met kolven’, zegt Rolinka. Een ander voordeel van flesvoeding is dat je precies weet hoeveel je baby drinkt, wat handig kan zijn als je je zorgen maakt over het gewicht van je baby. ‘Maar als je borstvoeding geeft en dat wilt blijven doen, kijken we altijd eerst naar andere oplossingen’, sluit Rolinka af.
Wil je meer weten over dit onderwerp? Neem dan gerust contact met ons op. Onze professionals denken graag met je mee.
