Ga naar de hoofdinhoud

Melding

Mazelen in de regio Rotterdam-Rijnmond: dit moet je doen als je kind klachten heeft en hoe kun je je kind beschermen

Lees meer
Peuter
Basisschoolkind
Jongere

Genderidentiteit: je kind ondersteunen in hoe ze zichzelf zien en voelen

Wanneer kinderen 3 à 4 jaar oud zijn, gaan ze ontdekken wie ze zijn en hoe ze zich voelen. Voelt een kind zich een jongen, meisje of geen van beide? Als ouder kan het lastig zijn om hiermee om te gaan. In dit artikel vind je uitleg over genderidentiteit. En geven we tips hoe je als ouder om kunt gaan met de genderidentiteit van je kind.

Content

Verschil tussen geslacht en genderidentiteit

Gender gaat niet om het geslacht. Het geslacht wordt bepaald bij de geboorte van een baby op basis van hoe het lichaam eruitziet. Dat is een jongen of een meisje. Genderidentiteit gaat erover of iemand zich man, vrouw of iets anders voelt. Tijdens de ontwikkeling is het normaal wanneer jongens nagellak opdoen of wanneer meisjes willen voetballen. Dit betekent niet dat zij zich dan geen jongen of meisje voelen. Je kunt een kind niet dwingen om een jongen te zijn. Je kind voelt zelf wie het is. Het is normaal dat zij experimenteren en hun identiteit ontdekken. 

Welke genderidentiteiten zijn er?

Er zijn veel verschillende genderidentiteiten, en deze kunnen per cultuur en persoon verschillen. 

  • Cisgender: het gender komt overeen met het geslacht dat bij de geboorte is bepaald. Een meisje voelt zich een meisje.
  • Transgender: iemand waarbij zijn genderidentiteit niet overeenkomt met het geboortegeslacht. Een meisje voelt zich een jongen.
  • Non-binair: iemand die zich niet (volledig) identificeert als man of vrouw.
  • Genderfluïde: iemand van wie zijn genderidentiteit in de tijd kan veranderen.
  • Agender: iemand die zich niet identificeert met een gender of zich genderloos voelt.
  • Bigender: iemand die zich identificeert met twee genders, gelijktijdig of afwisselend.
  • Androgyn: iemand die zich identificeert met zowel mannelijke als vrouwelijke kenmerken, of ergens daartussenin

Hoe praat je met je kind over genderidentiteit?

Wanneer je kind aangeeft zich anders te voelen dan het geslacht bij de geboorte, kan dat als ouder schrikken zijn en vragen oproepen. Misschien voel je verwarring, zorgen of onzekerheid. Zodra je kind het je vertelt, betekent dat ze je vertrouwen en een luisterend oor zoeken. De volgende tips kunnen helpen om met je kind over genderidentiteit te praten:

  • Luister zonder oordeel: laat je kind merken dat je openstaat voor hun verhaal. Je hoeft niet alles te begrijpen, maar het is belangrijk om te luisteren en begrip te tonen.
  • Vertel dat hun gevoelens er mogen zijn: zeg bijvoorbeeld ‘Bedankt dat je dit met me deelt. Ik ben trots dat je zo eerlijk bent.’ Hierdoor voelt een kind zich veilig.
  • Informeer jezelf: lees over genderidentiteit, vind informatie op de website van Iedereenisanders en Transvisie. Praat met professionals of sluit je aan bij oudergroepen, zoals Genderkind en Ouders. Hoe meer je weet, hoe beter je je kind kunt ondersteunen.
  • Gebruik de naam en voornaamwoorden die je kind kiest: je kind aanspreken zoals zij willen, vergroot hun zelfvertrouwen.
  • Wees geduldig: het kan voor je kind een zoektocht zijn wie hij is. Genderidentiteit ontwikkelt zich niet binnen een week. Geef ruimte aan die zoektocht.
  • Zoek steun als je die nodig hebt: het is normaal om zelf emoties te hebben. Praat erover met een vertrouwenspersoon, therapeut of andere ouders in een vergelijkbare situatie.
  • Zorg voor acceptatie thuis: zorg dat je kind zich thuis geaccepteerd voelt. Dit is de basis voor hun mentale en emotionele gezondheid.

Meer informatie?

Zit jouw kind in een zoektocht om erachter te komen wie hij is? Heb je hier vragen over of heb je moeite met de situatie? Neem dan gerust contact met ons op. Onze professionals denken graag met je mee. 

Ook interessant