Cookies

We gebruiken cookies om je de beste ervaring op onze website te bieden. Je kunt meer informatie vinden over welke cookies we gebruiken of deze uitschakelen in de instellingen. - Bekijk cookie instellingen

Ga naar inhoud

Je kleuter wordt steeds zelfstandiger

Homepage Opvoedinformatie Je kleuter wordt steeds zelfstandiger

Je kleuter wil steeds meer zelf doen. Hij leert elke dag nieuwe dingen en wordt steeds zelfstandiger. Jeugdverpleegkundige Ellen vertelt hoe jij jouw kleuter hierin kunt begeleiden.

Zelf doen

‘Als je kind iets zelf doet, geeft hem dat zelfvertrouwen’, zegt Ellen. Maar soms lukt het niet, of moet hij aangemoedigd worden. ‘Als je kind het blijft proberen, leert hij om door te zetten. Ook leert hij dat het wel eens mis kan gaan.’ Deze nieuwe ervaringen maken hem zelfstandiger.

Jij kunt helpen

Wil jij jouw kleuter helpen om zelfvertrouwen te krijgen en zelfstandiger te worden? De tips van Ellen kunnen daarbij helpen:

  • Keuzes geven: vraag je kind of hij vandaag de blauwe of de rode trui aan wil, of hij een banaan of peer wil eten, of dat hij lopend of met de step naar school wil gaan. Zo leert jouw kind om een keuze te maken binnen de grenzen die jij aangeeft.
  • Voordoen: als jij iets voordoet, leert je kind hoe het moet. Laat bijvoorbeeld zien hoe je een appel wast, voordat je die opeet. Je kind doet graag na wat jij doet.
  • Kleine stapjes: je kind kan niet alles in één keer leren. Om te helpen, kun je de taak in kleine stapjes verdelen. Vraag je kind bijvoorbeeld bij het inpakken van zijn schooltas, wat er mee moet naar school. Laat hem daarna zijn broodtrommel, brood en beleg pakken, zelf zijn brood smeren, brood in de trommel doen en de trommel in zijn tas stoppen.
  • Zelf doen: laat je kind zelf dingen doen, als hij dat wil. Bijvoorbeeld aankleden. Help alleen als het echt nodig is. Je kind krijgt zelfvertrouwen als hij ruimte krijgt om iets te leren en zelf te doen.
  • Complimenten geven: geef een compliment als je kind iets probeert of als iets lukt: 'Wat knap dat jij de tafel afruimt!', 'Wat goed dat jij je jas zelf dicht kunt doen!', of ‘Wat fijn dat jij de boodschappen in het winkelmandje legt’.
  • Fouten maken mag: wil je kind zelf zijn boterham met hagelslag beleggen, maar ligt er meer hagelslag op de grond dan op zijn brood? Wordt niet boos, maar stel je kind gerust. Je kind probeert het goed te doen, maar dit lukt niet altijd. Wordt hij boos als iets niet lukt? Help een klein beetje en geef je kind het gevoel dat hij het zelf heeft gedaan. Je kunt ook vragen of je mag helpen. Neem het in ieder geval niet zomaar over. 
  • Neem de tijd: iets nieuws leren kost tijd. Houd hier rekening mee. En af en toe is er geen tijd en moet het even snel. Kies er dan bijvoorbeeld voor om je kind zelf aan te kleden.
  • Buiten spelen: laat je kleuter veel buiten spelen en rennen. Door te bewegen leert hij zijn grenzen en mogelijkheden ontdekken. Je kind denkt bijvoorbeeld dat hij over een plas kan springen. Maar als hij dat doet heeft hij toch natte voeten. Daardoor leert hij dat hij nog niet zo ver kan springen, dat zijn schoenen nat worden en hij dan koude voeten krijgt.
  • Sporten: het helpt je kleuter om te vertrouwen op zijn lichaam, uitdagingen aan te gaan, fouten te maken en angsten te overwinnen. Je kind leert dat iets beter gaat, als hij regelmatig oefent en traint. Met sporten heeft hij contact met leeftijdsgenoten. Ook dat is belangrijk voor zijn zelfvertrouwen.

'Elk kind leert in zijn eigen tempo. Kijk wat jouw kind aan kan. Jij blijft natuurlijk altijd verantwoordelijk voor de zorg. Je kind hoeft nog niet voor anderen te zorgen.'

Plassen en poepen op school

‘De meeste kinderen zijn zindelijk als ze naar school gaan’, zegt Ellen. ‘Als je kind net naar school gaat, kan hij daar toch weer in zijn broek plassen of poepen.’ Dat is vervelend, maar normaal. Sommige kinderen plassen en poepen weer in hun broek als er spannende periodes zijn, zoals een verjaardag, schoolreisje of Sinterklaas. ‘Je kind doet veel nieuwe indrukken op. Hij is druk aan het spelen en voelt niet meer dat hij naar de wc moet. Of hij wil niet poepen op een andere plek dan thuis.’

Tip: wordt niet boos als het misgaat. Bespreek dit met de leerkracht en geef reservekleding mee naar school. Laat je kind thuis op vaste tijden naar de wc gaan. Zo leert je kind weer in alle rust om te voelen wanneer hij naar de wc moet.

Bezorgdheid en loslaten

Veel ouders maken zich zorgen als hun kind zelfstandiger wordt. ‘Dat is lastig, maar ook goed’, legt Ellen uit. ‘Als jij bezorgd bent, ben je alert. En dat is nodig om je kind te beschermen en veiligheid te geven.’

Opvoeden is steeds een beetje loslaten. Luister naar je eigen gevoel en bespreek de grenzen met je partner. En kijk naar je kleuter: kan je kind het aan, past het bij zijn ontwikkeling en hoe kan jij hem helpen?

‘Als je een balans hebt tussen beschermen, begeleiden en loslaten, help jij jouw kind om zelfstandiger te worden.’ Soms kan het lastig zijn om die balans te vinden. Dat geeft niets. Praat hierover met je partners of andere ouders. Of stel je vraag aan professionals van het CJG.

Ook interessant:

Vragen of meer informatie?

Is jouw kind bang om fouten te maken, lukt het niet om weer zindelijk te worden, of vind je het lastig om je kind los te laten? Neem dan contact met ons op. Onze professionals denken graag met je mee!

Deel deze pagina met anderen via:

Je hebt de link zojuist gekopieërd.