De eerste vriendschap van je kleuter
Je kind gaat voor het eerst naar school. Hij leert er andere kinderen kennen. Hij leert samen spelen, samen delen, op zijn beurt wachten en zich inleven in anderen. Hij maakt vriendjes en heeft zijn eerste speelafspraakje. Jeugdarts Lonneke vertelt meer over samen spelen en hoe jij jouw kleuter hierin kunt ondersteunen.
Content
Samen spelen: leuk en leerzaam
‘Als je kind 4 jaar is, gaat hij steeds meer samen spelen’, legt Lonneke uit. ‘Je kind vindt het fijn om met andere kinderen te spelen en gaat vrienden maken.’ ‘In zijn spel maakt hij eigen regels, leert hij op anderen te letten en leert hij om te delen. Tijdens het spel beweegt en praat je kind meestal veel. Dat versterkt dus ook zijn lichamelijke ontwikkeling en zijn spraak-taalontwikkeling.’
‘Door samen spelen met andere kinderen, leert je kind spelenderwijs sociale vaardigheden buiten je gezin.’Jeugdarts Lonneke
Spel en emoties
Kleuters doen veel ‘alsof-spelletjes’. Ze spelen bijvoorbeeld vader-en-moedertje, doktertje of schooltje. ‘Dat is goed voor hun fantasie en creativiteit’, vertelt Lonneke. Soms zie je in het spel van je kind, hoe hij zich voelt, of wat indruk op hem heeft gemaakt. ‘Je kind kan in zijn spel blij, bang, boos of verdrietig zijn’, zegt Lonneke. ‘’ Door te spelen leert hij met deze verschillende gevoelens en situaties om te gaan.
Ik ben ik en jij bent jij
‘Als je kind tussen vier en vijf jaar oud is, ziet hij steeds meer verschillen en overeenkomsten tussen mensen’, zegt Lonneke. ‘Je kind ontdekt dat anderen soms anders denken dan dat hij doet. Ook zal hij steeds meer ontdekken wat hij zelf wil. Dat zie je bijvoorbeeld terug in zijn voorkeur voor kleding, spelletjes en haardracht.’
Zeker op deze leeftijd vinden kinderen het nog lastig om zich in te leven in anderen en rekening met elkaar te houden. Het duurt nog wel een paar jaar voordat je kind dit echt kan.
Speelafspraak
Als je kind op de basisschool zit, wil hij speelafspraakjes maken met leeftijdsgenootjes. Lonneke geeft hiervoor de volgende tips:
- Een speelafspraak van ongeveer 2 uur is vaak genoeg: naar school gaan is al intensief en daarna samen huttenbouwen of samen spelen ook.
- Elke dag een speelafspraak is best veel. Kijk wat je kind aankan: 1 of 2 keer per week is waarschijnlijk al meer dan genoeg.
- Wissel telefoonnummers uit met de ouder van het vriendje. Je kunt dan altijd contact opnemen, als dat nodig is.
- Laat de kinderen zoveel mogelijk buiten spelen. Blijf wel op hen letten, als ze buiten zijn.
Jij bent als ouder nog steeds de belangrijkste persoon om je kind emotioneel en sociaal te ondersteunen. Een goede band tussen jou en je kind geeft je kind zelfvertrouwen.’
Winnen en verliezen
‘Spelletjes zijn niet alleen leuk om te doen maar ook leerzaam’, benadrukt Lonneke. ‘Met een spel leert je kind bijvoorbeeld beter tellen, onthouden en oplossingen bedenken.’ Hij begrijpt steeds beter hoe hij een spelletje moet spelen en wat de regels zijn. In veel spelletjes zit ook een wedstrijdelement. Daardoor ervaart je kind dat het leuk is om te winnen. Maar er is ook een verliezer. Tot de leeftijd van 8 of 9 jaar kunnen kinderen nog niet goed tegen hun verlies. Je kind heeft jou nodig om te leren hoe hij hiermee om moet gaan.
Vragen of meer informatie?
Vind jouw kind het lastig om samen te spelen met een ander, past jouw kind zich niet aan zijn genderrol aan, of wil je tips als je kind niet tegen zijn verlies kan? Neem dan contact met ons op. Onze professionals denken graag met je mee!
